Skip to main content

VERZ 11

TEXT 11

Besedilo

Tekst

teṣām evānukampārtham
aham ajñāna-jaṁ tamaḥ
nāśayāmy ātma-bhāva-stho
jñāna-dīpena bhāsvatā
teṣām evānukampārtham
aham ajñāna-jaṁ tamaḥ
nāśayāmy ātma-bhāva-stho
jñāna-dīpena bhāsvatā

Synonyms

Synoniemen

teṣām – njim; eva – vsekakor; anukampā-artham – da bi izkazal posebno milost; aham – Jaz; ajñāna-jam – rojeno iz nevednosti; tamaḥ – temo; nāśayāmi – preženem; ātma-bhāva – v njihovih srcih; sthaḥ – bivajoč; jñāna – znanja; dīpena – s svetilko; bhāsvatā – bleščečo.

teṣām — voor hen; eva — zeker; anukampā-artham — om bijzondere genade te tonen; aham — Ik; ajñāna-jam — door onwetendheid; tamaḥ — duisternis; nāśayāmi — verdrijf; ātma-bhāva — in hun hart; sthaḥ — bevindend; jñāna — van kennis; dīpena — met de lamp; bhāsvatā — stralende.

Translation

Vertaling

Da bi jim izkazal posebno milost, Jaz, ki prebivam v njihovih srcih, z bleščečo svetilko znanja preženem iz njih temo, rojeno iz nevednosti.

Om hun bijzondere genade te tonen, verdrijf Ik, die aanwezig ben in hun hart, met de stralende lamp van kennis de duisternis die voortkomt uit onwetendheid.

Purport

Betekenisverklaring

Ko je Gospod Caitanya v Benaresu širil petje mantre Hare Kṛṣṇa, Hare Kṛṣṇa, Kṛṣṇa Kṛṣṇa, Hare Hare / Hare Rāma, Hare Rāma, Rāma Rāma, Hare Hare, Mu je sledilo na tisoče ljudi. Prakāśānanda Sarasvatī, velik in ugleden učenjak, ki je v tistem času živel v Benaresu, pa se je Gospodu Caitanyi posmehoval, češ da je sentimentalist. filozofi včasih kritizirajo bhakte, ker mislijo, da so ti večinoma v temi nevednosti in da so, kar se filozofije tiče, naivni sentimentalisti. Toda to ni res. filozofijo vdanega služenja so uveljavili zelo veliki učenjaki. Ampak tudi če bhakta ne prouči njihovih knjig in ne more izkoristiti pomoči svojega duhovnega učitelja, vendar pa iskreno služi Kṛṣṇi, mu Kṛṣṇa v srcu sam pomaga. Iskren Kṛṣṇov bhakta ni torej nikoli brez znanja. Potrebno je le, da vdano služi s popolno zavestjo Kṛṣṇe.

Toen Heer Caitanya in Benares was en het chanten van Hare Kṛṣṇa, Hare Kṛṣṇa, Kṛṣṇa Kṛṣṇa, Hare Hare/ Hare Rāma, Hare Rāma, Rāma Rāma, Hare Hare verspreidde, werd Hij door duizenden mensen gevolgd. Prakāśānanda Sarasvatī, die in die tijd een zeer invloedrijk en erudiet geleerde uit Benares was, bespotte Heer Caitanya omdat hij Hem een sentimentalist vond. Soms bekritiseren māyāvādī-filosofen de toegewijden, omdat ze denken dat de meesten van hen in de duisternis van onwetendheid verkeren en filosofisch gezien naïeve sentimentalisten zijn. Maar in werkelijkheid is dat niet zo. Er zijn uiterst erudiete geleerden die de filosofie van devotionele dienst hebben vertegenwoordigd. Maar zelfs als een toegewijde niet zijn voordeel doet met wat deze geleerden hebben geschreven of met zijn spiritueel leraar, dan zal hij, als hij oprecht is in zijn devotionele dienst, door Kṛṣṇa Zelf geholpen worden, die Zich in zijn hart bevindt. Het is dus uitgesloten dat een oprechte toegewijde die bezig is met Kṛṣṇa-bewustzijn, geen kennis heeft. Het enige wat vereist is, is dat men zijn devotionele dienst volledig Kṛṣṇa-bewust verricht.

Sodobni filozofi menijo, da si brez poglobljenega razmišljanja ni mogoče pridobiti čistega znanja. Vsevišnji Gospod jim odgovarja takole: bhakta, ki služi Gospodu s čisto vdanostjo, bo deležen Gospodove pomoči, tudi če nima zadostne izobrazbe ali pa ne pozna vseh vedskih pravil. Tako pravi ta verz.

De māyāvādī-filosofen denken dat iemand zonder zijn onderscheidingsvermogen te gebruiken geen zuivere kennis kan bezitten. De Heer antwoordt hen als volgt: zij die bezig zijn met zuivere devotionele dienst worden, zoals dit vers zegt, toch door de Allerhoogste God geholpen, ook al hebben ze geen goed onderwijs gehad of zelfs al hebben ze niet voldoende kennis van de Vedische principes.

Gospod pravi Arjuni, da Vrhovne Absolutne Resnice, Vsevišnje Božanske Osebnosti, ni mogoče spoznati s teoretičnim razglabljanjem, kajti Absolut je tako velik, da Ga ni mogoče doumeti ali doseči s pomočjo lastnega uma. Človek lahko filozofira na milijone let, toda če v njem ni vdanosti, če nima ljubezni do Kṛṣṇe, Vrhovne Resnice, Ga ne bo nikoli spoznal. Kṛṣṇa, Vrhovna Resnica, je zadovoljen samo s tistim, ki Mu vdano služi, in po Svoji nedoumljivi energiji se Gospod čistemu bhakti razodene v njegovem srcu. Čisti bhakta zmeraj nosi Kṛṣṇo v srcu, in ker je Kṛṣṇa kakor sonce, v Njegovi prisotnosti tema nevednosti v trenutku izgine iz srca bhakte. To je posebna milost, ki jo Kṛṣṇa izkaže čistemu bhakti.

De Heer vertelt Arjuna hier dat het in wezen onmogelijk is om alleen door theoretisch denken de Allerhoogste Waarheid, de Absolute Waarheid, de Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, te begrijpen, want de Allerhoogste Waarheid is zo groot, dat het onmogelijk is Hem enkel door een mentale inspanning te begrijpen of te bereiken. De mens kan miljoenen jaren doorgaan met theoretiseren, maar als hij geen devotie heeft, als hij geen liefde heeft voor de Absolute Waarheid, dan zal hij Kṛṣṇa, de Allerhoogste Waarheid, nooit begrijpen. De Allerhoogste Waarheid, Kṛṣṇa, kan alleen maar door devotionele dienst worden tevredengesteld en door Zijn onvoorstelbare energie kan Hij Zichzelf aan het hart van de zuivere toegewijde onthullen. De zuivere toegewijde draagt Kṛṣṇa altijd in zijn hart; door de aanwezigheid van Kṛṣṇa, die als de zon is, wordt de duisternis van onwetendheid onmiddellijk verdreven. Dat is de speciale genade die Kṛṣṇa Zijn zuivere toegewijde geeft.

Ker smo že na milijone življenj v materialnem svetu, je naše srce umazano in prekrito s prahom materializma, če pa začnemo vdano služiti Gospodu in neprestano pojemo mantro Hare Kṛṣṇa, bodo nečistoče kmalu izginile iz srca in pridobili si bomo čisto znanje. Najvišji cilj, Viṣṇuja, lahko dosežemo samo s petjem svetega imena in z vdanim služenjem, z razglabljanjem in razpravljanjem pa ne. Čistemu bhakti ni treba skrbeti, kako bo zadovoljil svoje materialne potrebe. Ni se mu treba vznemirjati, kajti ko je tema v njegovem srcu razpršena, mu Vsevišnji Gospod, zadovoljen z njegovim ljubečim vdanim služenjem, priskrbi vse potrebno. To je bistvo nauka Bhagavad-gīte. Kdor prouči Bhagavad-gīto, lahko postane popolnoma predan Vsevišnjemu Gospodu in Mu služi s čisto vdanostjo. Ko Gospod prevzame skrb za takega bhakto, ta opusti vsa materialistična prizadevanja.

In de loop van vele, vele miljoenen levens raakte het levend wezen onzuiver door het contact met de materiële energie en als gevolg daarvan is zijn hart altijd bedekt met het stof van het materialisme. Maar als het devotionele dienst begint te verrichten en voortdurend Hare Kṛṣṇa chant, dan zal dat stof snel verdwijnen en zal het verheven worden naar het niveau van zuivere kennis. Het uiteindelijke doel, Viṣṇu, kan alleen worden bereikt door dit chanten en door devotionele dienst, maar niet door mentale speculaties of filosofische debatten.

De zuivere toegewijde hoeft zich niet druk te maken over materiële levensbehoeften; hij hoeft niet bezorgd te zijn, want als hij de duisternis uit zijn hart verdrijft, wordt hij vanzelf in alles voorzien door de Allerhoogste Heer, die tevreden is over zijn liefdevolle devotionele dienst. Dit is de essentie van wat de Bhagavad-gītā Bhagavad-gītā ons leert. Door het bestuderen van de Bhagavad-gītā kan men een ziel worden die volkomen aan de Allerhoogste Heer is overgegeven en kan men zich toeleggen op zuivere devotionele dienst. Zodra de Heer de leiding neemt, raakt men volledig verlost van allerlei materialistische inspanningen.