Skip to main content

Bg 3.20

TEXT 20

Tekst

Texte

karmaṇaiva hi saṁsiddhim
āsthitā janakādayaḥ
loka-saṅgraham evāpi
sampaśyan kartum arhasi
karmaṇaiva hi saṁsiddhim
āsthitā janakādayaḥ
loka-saṅgraham evāpi
sampaśyan kartum arhasi

Synoniemen

Synonyms

karmaṇā — door activiteit; eva — zelfs; hi — zeker; saṁsiddhim — in volmaaktheid; āsthitāḥ — bevindend; janaka-ādayaḥ — Janaka en andere koningen; loka-saṅgraham — de mensen in het algemeen; eva api — ook; sampaśyan — beschouwend; kartum — handelen; arhasi — je moet.

karmaṇā: par le travail; eva: même; hi: certes; saṁsiddhim: dans la perfection; āsthitāḥ: situés; janaka-ādayaḥ: Janaka et d’autres rois; loka-saṅgraham: les gens en général; eva api: aussi; sampaśyan: en considérant; kartum: d’agir; arhasi: tu mérites.

Vertaling

Translation

Vorsten als Janaka kwamen tot volmaaktheid uitsluitend door hun voorgeschreven plichten te vervullen. Daarom moet je je voorgeschreven activiteiten verrichten; enkel om de gewone mensen te onderrichten.

Des rois comme Janaka atteignirent la perfection par le seul accomplissement du devoir prescrit. Assume donc ta charge, ne serait-ce que pour l’édification du peuple.

Betekenisverklaring

Purport

Koningen als Janaka waren allemaal zelfgerealiseerde zielen en hoefden daarom de plichten die in de Veda’s worden voorgeschreven niet te vervullen. Toch verrichtten zij alle voorgeschreven activiteiten om zo een goed voorbeeld te zijn voor de mensen in het algemeen. Janaka was de vader van Sītā en de schoonvader van Heer Śrī Rāma. Omdat hij een toegewijde van de Heer was, bevond hij zich op een transcendentaal niveau, maar omdat hij de koning van Mithilā was (een district van de Indiase provincie Bihar) moest hij zijn onderdanen leren hoe ze voorgeschreven activiteiten moesten verrichten. Voor Heer Kṛṣṇa en Arjuna, Zijn eeuwige vriend, was het niet nodig om in de Slag van Kurukṣetra te vechten, maar toch streden ze om de mensen in het algemeen te leren dat ook geweld noodzakelijk is in een situatie waarin goede argumenten geen effect meer hebben. Voordat de Slag van Kurukṣetra begon, was het uiterste gedaan om de oorlog af te wenden, zelfs door de Allerhoogste Persoonlijkheid Gods. Maar de tegenpartij was vastberaden om te strijden. Voor zo’n goede zaak bestaat er een noodzaak om te vechten. Ook al heeft een Kṛṣṇa-bewust persoon geen interesse in de wereld, toch doet hij zijn best om de mensen te leren hoe ze moeten leven en handelen. Zij die ervaren zijn in het Kṛṣṇa-bewustzijn zijn in staat zo te handelen dat anderen hen volgen; dit wordt in het volgende vers uitgelegd.

Les rois comme Janaka étaient des âmes réalisées, nullement tenus de remplir les devoirs prescrits dans les Védas. Néanmoins, ils les assumèrent à seule fin de donner l’exemple. Janaka était le père de Sītā et le beau-père de Rāma (autre forme de Dieu, la Personne Suprême). Grand dévot du Seigneur, il était situé sur un plan transcendantal, mais parce qu’il était roi de Mithilā (province de Bihar, en Inde) il devait enseigner à ses sujets comment remplir leur devoir.

Kṛṣṇa et Arjuna, Son éternel ami, n’avaient eux aussi aucunement besoin de combattre à Kurukṣetra, mais ils le firent pour montrer que la violence est parfois nécessaire quand les arguments n’ont aucun effet. Tout fut mis en œuvre pour éviter la bataille de Kurukṣetra – même la Personne Suprême S’y employa de Son mieux –, mais le camp adverse était déterminé à livrer bataille. Il est donc parfois nécessaire de se battre pour une juste cause. Même s’il n’est pas matériellement motivé, le dévot du Seigneur n’en agit pas moins, afin de montrer aux gens comment vivre et se conduire. Ceux qui sont élevés dans la conscience de Kṛṣṇa sont capables d’agir de façon à ce que les autres suivent leur exemple, comme le montrera d’ailleurs le prochain verset.