Skip to main content

TEXT 67

TEXT 67

Tekst

Text

idaṁ te nātapaskāya
nābhaktāya kadācana
na cāśuśrūṣave vācyaṁ
na ca māṁ yo ’bhyasūyati
idaṁ te nātapaskāya
nābhaktāya kadācana
na cāśuśrūṣave vācyaṁ
na ca māṁ yo ’bhyasūyati

Synoniemen

Synonyms

idam — dit; te — door jou; na — nooit; atapaskāya — aan iemand die niet ascetisch is; na — nooit; abhaktāya — aan iemand die niet een toegewijde is; kadācana — wanneer dan ook; na — nooit; ca — ook; aśuśrūṣave — aan iemand die geen devotionele dienst verricht; vācyam — te worden gesproken; na — nooit; ca — ook; mām — Mij; yaḥ — iemand die; abhyasūyati — is vijandig gezind.

idam — this; te — by you; na — never; atapaskāya — to one who is not austere; na — never; abhaktāya — to one who is not a devotee; kadācana — at any time; na — never; ca — also; aśuśrūṣave — to one who is not engaged in devotional service; vācyam — to be spoken; na — never; ca — also; mām — toward Me; yaḥ — anyone who; abhyasūyati — is envious.

Vertaling

Translation

Deze vertrouwelijke kennis mag nooit uiteengezet worden aan personen die niet sober en niet toegewijd zijn, die geen devotionele dienst verrichten en evenmin aan iemand die Me vijandig gezind is.

This confidential knowledge may never be explained to those who are not austere, or devoted, or engaged in devotional service, nor to one who is envious of Me.

Betekenisverklaring

Purport

Over deze meest vertrouwelijke kennis mag niet worden geproken met personen die niet de ascese van het religieuze proces hebben ondergaan, die nooit hebben geprobeerd devotionele dienst te verrichten om Kṛṣṇa-bewustzijn te ontwikkelen, die nooit een zuivere toegewijde hebben gediend en in het bijzonder niet aan hen die Kṛṣṇa alleen als een historische persoonlijkheid zien of die afgunstig zijn op Zijn grootheid. Het komt echter soms voor dat zelfs demonische personen, die Kṛṣṇa vijandig gezind zijn en Hem op een andere manier vereren, de Bhagavad-gītā beroepsmatig op een andere manier uitleggen om er munt uit te slaan. Maar iedereen die er werkelijk naar verlangt Kṛṣṇa te begrijpen, moet zulke commentaren op de Bhagavad-gītā vermijden. Zij die zich door hun zintuigen laten leiden kunnen het doel van de Bhagavad-gītā eigenlijk niet begrijpen. Zelfs wie zich niet door zijn zintuigen laat leiden, maar strikt de voorschriften van de Vedische teksten naleeft, zal Kṛṣṇa niet kunnen begrijpen als hij geen toegewijde is. En zelfs al doet hij zich voor als een toegewijde van Kṛṣṇa, maar verricht hij ondertussen geen Kṛṣṇa-bewuste activiteiten, ook dan kan hij Kṛṣṇa niet begrijpen.

Veel personen zijn afgunstig op Kṛṣṇa, omdat Hij in de Bhagavad-gītā heeft uitgelegd dat Hij de Allerhoogste is en dat er niets is dat hoger dan of gelijk aan Hem is. Veel personen zijn Kṛṣṇa vijandig gezind. Aan zulke personen moet men niets over de Bhagavad-gītā vertellen, want ze kunnen haar niet begrijpen. Personen zonder geloof kunnen onmogelijk de Bhagavad-gītā en Kṛṣṇa begrijpen. Zonder Kṛṣṇa te hebben begrepen van een zuivere toegewijde met gezag, moet men niet proberen een commentaar op de Bhagavad-gītā te schrijven.

Persons who have not undergone the austerities of the religious process, who have never attempted devotional service in Kṛṣṇa consciousness, who have not tended a pure devotee, and especially those who are conscious of Kṛṣṇa only as a historical personality or who are envious of the greatness of Kṛṣṇa should not be told this most confidential part of knowledge. It is, however, sometimes found that even demoniac persons who are envious of Kṛṣṇa, worshiping Kṛṣṇa in a different way, take to the profession of explaining Bhagavad-gītā in a different way to make business, but anyone who desires actually to understand Kṛṣṇa must avoid such commentaries on Bhagavad-gītā. Actually the purpose of Bhagavad-gītā is not understandable to those who are sensuous. Even if one is not sensuous but is strictly following the disciplines enjoined in the Vedic scripture, if he is not a devotee he also cannot understand Kṛṣṇa. And even when one poses himself as a devotee of Kṛṣṇa but is not engaged in Kṛṣṇa conscious activities, he also cannot understand Kṛṣṇa. There are many persons who envy Kṛṣṇa because He has explained in Bhagavad-gītā that He is the Supreme and that nothing is above Him or equal to Him. There are many persons who are envious of Kṛṣṇa. Such persons should not be told of Bhagavad-gītā, for they cannot understand. There is no possibility of faithless persons’ understanding Bhagavad-gītā and Kṛṣṇa. Without understanding Kṛṣṇa from the authority of a pure devotee, one should not try to comment upon Bhagavad-gītā.